Naam van het organisatie-onderdeel: (bijv.: Directoraat X)
1 Inleiding:
(Beknopte beschrijving van het streven van de omvattende organisatie, in dit geval het bedrijf, gevolgd door een beknopte formulering van wat het organisatie-onderdeel, in dit voorbeeld: Directoraat X, zelf nastreeft)
2 Resultaatgebieden(1) en prestatie-indicatoren(2) van dit organisatie-onderdeel:

2.1 Resultaatgebied 1. (Naam voor het eerste resultaatgebied)
( Resultaten zijn voor anderen waarneembare producten van een organisatie. Een resultaatgebied is een zinvolle bundeling van dergelijke producten. De naam is altijd een zelfstandig naamwoord. Zo'n benaming zou eigenlijk voldoende moeten zijn om aan iedereen duidelijk te maken waarover het in deze bundeling gaat. Helaas kan men nog gemakkelijk verschillende dingen bedoelen met eenzelfde term. Daarom volgt onder de benaming een korte tekst, een inventarisatie van waarover het hier gaat. Resultaten zijn geen taken en resultaatgebieden moeten niet verward worden met organisatie-onderdelen. Om verwarring met traditionele organisatiebeschrijvingen en taakanalyses te vermijden begint deze inventarisatietekst altijd met "Dit betreft: ... ... ")

Prestatie-indicatoren:
(Hier worden de zichtbare en meetbare zaken vermeld die kunnen dienen om de kwaliteit en kwantiteit van de productie in het resultaatgebied objectief af te meten. Dit zijn dus de items waarop directoraat X wordt 'afgerekend'.)

2.2 Resultaatgebied 2. (Naam voor het tweede resultaatgebied)
Dit betreft: (Inventarisatie van het tweede resultaatgebied)

Prestatie-indicatoren:
(Maatstaven voor het tweede resultaatgebied)

2.3 (Etc...)
(Tot alle beoogde resultaten van Directoraat X zijn benoemd)

Kritieke situaties voor dit organisatie-onderdeel:

(Hieronder worden, telkens met een enkel trefwoord, een aantal situaties benoemd die een buitengewoon goede of een buitengewoon penibele situatie voor dit organisatie-onderdeel aanduiden. Dit zijn een soort richtingaanwijzers die aangeven waar het wel en niet heen moet. Maar tegelijk geven ze een belangrijke indicatie voor de competenties waarover dit organisatie-onderdeel moet beschikken. Met het onderwerp 'kritieke situaties' wordt de RGW-analyse op dit niveau afgesloten.)



4. Onderdelen van (Directoraat X):
4.1 Bureau Y
(Volgt tekst die aangeeft wat het streven is van Bureau Y)
4.1.0 Resultaatgebieden en prestatie-indicatoren van Bureau Y.

4.1.1 (Eerste resultaatgebied van Bureau Y)

Prestatie-indicatoren:
Etc.
Zo wordt dit proces laag voor laag vervolgd. De organisatie wordt methodisch uitgepeld.
NB: Prestatie-indicatoren van hogere niveaus moeten duidelijk hun neerslag vinden in prestatie-indicatoren en resultaatgebieden van lagere niveaus van de organisatie.

Laatst bijgewerkt: 20 06 2007 Home Database resultaatgerichte functie-analyses